Van Mexico-Stad tot Nederland: Wat reistijd ons vertelt over eerlijke mobiliteit
Hoeveel is een uur van jouw tijd waard? En wat als die waarde bepaalt of je de auto pakt of toch de bus? Op het eerste gezicht lijken Mexico en Nederland misschien mijlenver uit elkaar te liggen qua vervoer. Maar als je beter kijkt, zie je dat grote steden wereldwijd met vergelijkbare uitdagingen kampen. Hoe vinden we een eerlijke balans tussen reistijd, kosten en bereikbaarheid? Uiteindelijk moeten stedelingen elke dag reizen, en dat is vaak een flinke uitdaging!
Waarde van reistijd
Een van de belangrijkste inzichten uit mijn promotieonderzoek is hoe verschillend reizigers hun tijd waarderen — wat we de waarde van reistijd noemen (VOTT, van Value of Travel Time in het Engels). Volgens mijn onderzoek ligt in Mexico de gemiddelde VOTT voor automobilisten rond de €2,50 per uur. Voor gebruikers van het openbaar vervoer zakt dat zelfs naar ongeveer €1,50 per uur. In Nederland liggen die waarden volgens het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) een stuk hoger: gemiddeld €10 voor automobilisten en €7 voor OV-gebruikers.
Maar wat betekent dat nu eigenlijk? De VOTT laat zien hoeveel waarde een reiziger hecht aan het besparen van één uur reistijd. Stel je Roos en Hilde voor. Roos rijdt met de auto naar haar werk. Haar tijd is erg kostbaar: elk uur reistijd dat ze bespaart, is €10 waard. Hilde reist met de bus. Voor haar is dat bespaarde uur €7 waard. Dat betekent dat Roos eerder bereid is extra te betalen om sneller te reizen, bijvoorbeeld voor een tolweg of een snellere route. Hilde daarentegen kiest liever voor een goedkoper alternatief, ook als dat betekent dat haar reis langer duurt.
Betere keuzes maken
Iedere reiziger maakt telkens een afweging tussen tijd en kosten. Sommigen betalen liever wat meer om sneller op hun bestemming te zijn, terwijl anderen de voorkeur geven aan betaalbaarheid, ook als dat betekent dat de reis langer duurt. Waarom is dit belangrijk? Omdat inzicht in hoe mensen reistijd waarderen, beleidsmakers helpt om betere keuzes te maken. Denk aan vragen als: investeren we in snellere treinen of goedkopere kaartjes? Waar is het zinvol om een snelle busbaan aan te leggen? En hoe maken we duurzame vervoersopties aantrekkelijker voor automobilisten?
Voor mijn onderzoek in Mexico-Stad heb ik een discrete choice model gebruikt, een econometrisch hulpmiddel waarmee je kunt voorspellen hoe reizigers kiezen tussen verschillende vervoersmiddelen. In Mexico zijn er dagelijks zo’n 20 verschillende vormen van vervoer beschikbaar voor de meer dan 25 miljoen inwoners. Voor het model heb ik me gericht op drie groepen: auto, bus en Bus Rapid Transit (BRT).
BRT is een lange bus die rijdt op een aparte rijstrook en alleen stopt bij vaste haltes. In Nederland lijkt dit concept het meest op hoe de bussen in Almere werken, waar ze gebruikmaken van aparte infrastructuur. Uit mijn model bleek dat reizigers in Mexico-Stad eerder kiezen voor het openbaar vervoer bij langere afstanden, maar in het algemeen toch liever de auto nemen. De BRT is het minst populair, mogelijk vanwege zorgen over comfort (in vergelijking met de auto) of bereikbaarheid (ten opzichte van de gewone bus).
Verschillen in VOTT zijn groot
De verschillen in VOTT tussen inkomensgroepen zijn in Mexico-Stad opvallend groot. Het is een goed voorbeeld van wat er gebeurt als betaalbaarheid van vervoer geen prioriteit krijgt: lagere inkomensgroepen hebben langere, minder betrouwbare reizen, met directe gevolgen voor hun dagelijks leven en inkomen.
Voor Nederland is dit een duidelijke waarschuwing. Als we niet oppassen, dreigt in groeiende steden en regio’s dat sommige groepen buitenspel komen te staan: zij kunnen zich geen reis meer veroorloven of moeten reizen onder steeds slechtere voorwaarden tegen hogere kosten.
Marcela Ibarra
Verder praten? Dan kun je mij bereiken via m.ibarra@phbm.nl